Hoefsmid 2
7951ZC Staphorst
info@mtec.nl
KvK: 71985026
BTW: NL858928978B01
Verhalen uit de praktijk
Ervaring van Benny en Mirja Pijnenburg te Hilvarenbeek
Nabij safaripark Beekse Bergen heeft Benny Pijnenburg (55) een melkveebedrijf met 190 melk- en kalfkoeien en 100 stuks jongvee. De melkveehouder heeft 80 hectare in gebruik, waarvan 70 hectare eigendom. De jaarproductie is 9.300 liter, met 4,30 % vet en 3,55 % eiwit. Na de ingebruikname van drie M2erlins-melkrobots van Fullwood Packo (eind mei 2018) steeg de productie van 9.000 naar 9.300 liter. Het celgetal daalde van 160 naar 80. "We hebben sindsdien in ruim een jaar tijd maar zes koeien behandeld tegen uierontsteking. Voorheen waren dat er toch wel een paar meer", vertelt Pijnenburg in juni 2019.
Als 55-jarige melkveehouder zonder opvolger - de drie dochters van Benny en Mirja Pijnenburg hebben andere interesses - zag hij het niet zitten om nog tien jaar zelf door te melken. De zoektocht naar een vaste ochtendmelker bleek een lastige, waarna Pijnenburg besloot te investeren in melkrobots. De elektrische aansluitarm en het geruisloze melken waren voor hem belangrijke redenen om voor de M2erlins van Fullwood Packo te kiezen.
"De robotos zijn zó stil. Het onderhangen gebeurt in alle rust. Dat voorkomt stress, zeker bij het inmelken", aldus Pijnenburg. De jarenlange relatie met dealerbedrijf Nooren Melkwinning en Automatisering speelde ook een rol. "Het contact is netjes en correct en de lijntjes zijn kort. Voorheen molken we in een 24-stands carrousel. Die kwam ook bij hen vandaan", aldus Pijnenburg.
De drie M2erlins zijn bij Pijnenburg ingepast in een bestaande situatie. Dat vergde de nodige voorbereidingstijd. In de 1-4-1-ligboxenstal, met twee voerpaden, is veel veranderd. "Voorheen kon ik bij het voeren een rondje rijden over de twee voerpaden", vertelt Pijnenburg. Dat zit er met de huidige opstelling van de melkrobots niet meer in. Eén van de voerpaden is niet meer van twee kanten benaderbaar. Pijnenburg zit er niet mee. "In een bestaande situatie moet je concessies doen", aldus de melkveehouder, die blij is met het eindresultaat.
Na de ingebruikname van de M2erlins is de 24-stands carrousel gesloopt. Vervolgens zijn de M2erlins verplaatst naar de plek waar voorheen in de carrousel werd gemolken. Sinds begin januari 2019 staan de robots op hun definitieve plek. "De robots stonden langs het voerhek. We hadden tijdelijk twintig ligboxen minder", aldus Pijnenburg. Hoewel de aanlooproute naar de robots niet optimaal was, viel de overbruggingsperiode volgens de melkveehouder zeker niet tegen.
De drie M2erlins staan in het verlengde van elkaar opgesteld. Koeien kunnen via de zijkant en de voorkant uitlopen. Rondom de melkrobots hebben koeien voldoende ruimte. Pijnenburg wilde niet beknibbelen op de afstand tussen de ligboxen en de melkrobots. De melkveehouder is blij met de automatische separatiemogelijkheden die de M2erlins bieden. Via de robots kan Pijnenburg zijn dieren eenvoudig separeren en achterlangs naar een strohok en separatieruimte leiden. "Dat is ideaal", zo zegt hij.
Pijnenburg is blij met de halvering van het celgetal van 160 naar 80. De melkveehouder vermoedt dat het komt vanwege de afname per kwartier en het vaker melken van de dieren. Dat komt de uiergezondheid ten goede.
De leverancier geeft aan dat alle robots standaard zijn uitgerust met de Streampluse melktechniek wat een substantiële bijdrage heeft aan de uiergezondheid. Meer weten over Streampulse? Klik HIER!
Benny Pijnenburg zet het werk rond met zijn vrouw Mirja, die de financiële administratie op haar neemt. Daarbij heeft de melkveehouder voor in totaal 40 uur per week medewerkers op de loonlijst staan. "Mijn vader Henk van 82 is hier ook nog regelmatig. Hij helpt mee waar hij kan", vertelt Pijnenburg, die vrijwel al het landwerk in eigen beheer doet.
Na een hectisch jaar, dat voornamelijk in het teken stond van de grote renovatie, richt Pijnenburg zich nu op het optimaliseren van de resultaten. "We gaan de puntjes op de i zetten", zo zegt hij. Met de M2erlins van Fullwood Packo is een productie van 10.000 liter per koe volgens hem zeker haalbaar op zijn bedrijf. "Ik wil mijn werk leuk blijven vinden. Dankzij de M2erlin melkrobots is mijn werkplezier zeker gestegen. Ik ben een stuk flexibeler en heb een ander werkritme. Ik begin 's ochtends een uur later dan voorheen. Dat scheelt al zeven uur per week", zo besluit Pijnenburg.
Ervaring van Maatschap Lemlijn te Noorbeek
In het heuvelachtige landschap van Zuid-Limburg worden melkveehouders met nieuwbouwplannen geconfronteerd met extra strenge bouweisen. Dat ondervond ook maatschap Lemlijn in Noorbeek, een dorpje nabij de Belgische grens. Pas na een vijfjarig vergunningstraject stonden alle seinen op groen en kon de stalbouw van start gaan. Het resultaat mag er zijn. De gloednieuwe, ruim opgezette 2x12 melkstal van Fullwood Packo (zij-aan-zij, Quick-E uitvoering) werd in februari 2017 in gebruik genomen.
“Het gebouw heeft een dubbele kap. Dat zorgt voor een speels effect. De hoek in de voorgevel oogt vriendelijk. Daardoor doet de stal minder kolossaal aan. Een goede inpassing in het landschap was een belangrijk uitgangspunt”, zo vertelt Guido Lemlijn. De jonge melkveehouder (25) rondde in 2015 de Has in Den Bosch af en trad vervolgens toe tot de maatschap met zijn ouders Pierre (59) en Marjo (53). Op termijn neemt de goedlachse en gedreven ondernemer het bedrijf over van zijn ouders Pierre en Marjo. “Met deze stal kan ik zo 30 jaar vooruit”, aldus Guido Lemlijn, die blij is met de aan hem geboden kans.
De stal (0+6+0-rijig) voldoet aan de eisen van de Maatlat Duurzame Veehouderij en biedt plaatst aan 165 koeien. De melkveehouders ruimden plaats in voor een kantoor, een hygiënesluis, een groot strohok en een separatieruimte. De geïsoleerde melkstal bevindt zich centraal in de stal. De melkveehouders kozen weloverwogen voor een 2x12 melkstal van Fullwood Packo (zij-aan-zij, Quick-E uitvoering). In de toekomst kan de melkstal indien nodig makkelijk worden uitgebreid tot 2x14. De ruimte daarvoor is aanwezig.
Guido Lemlijn: “We hebben ook gedacht aan een automatisch melksysteem. Ik heb ervaring opgedaan op een robotbedrijf. Het was een moeilijke beslissing. Na het afwegen van de voor- en nadelen zijn we tot onze keuze gekomen.” Flexibele werktijden en arbeidsgemak spraken in het voordeel van de robots, zo erkent Lemlijn. “Maar met robots ben je nooit echt klaar. Met een traditionele melkstal is dat anders.
Weidegang in combinatie met robotmelken was in onze situatie een onzekere factor. We hebben een redelijk diepe huiskavel. Onze dieren moeten behoorlijke afstanden overbruggen. Dat speelde mee in onze beslissing. Ik ben graag tussen de koeien en herken de dieren meteen. Ik vind het fijn om ze tweemaal daags tijdens het melken te zien. Daar voel ik me goed bij. Daarbij komt dat deze melkstal in aanschaf én onderhoud goedkoper is dan melkrobots.”
Maatschap Lemlijn ging het gesprek aan met drie melkmachineleveranciers. Om tot een goede keuze te komen, nam Guido Lemlijn de proef op de som. Hij molk in Brabant in verschillende type melkstallen, om goed te kunnen vergelijken. “De melkstal van Fullwood Packo blinkt uit in degelijkheid”, aldus Lemlijn, wijzend op het hekwerk en ijzerwerk. De jonge melkveehouder is bovendien goed te spreken over de compacte opstelling. “Dat bespaart schoonmaaktijd.”
De melkveehouders molken jarenlang in een 2x6 melkstal (visgraat). “We hadden een kleine 80 koeien aan de melk en waren ruim anderhalf uur bezig”, vertelt Guido Lemlijn. In het voorjaar van 2019 hebben de ondernemers 100 koeien aan de melk. Het melken is in een uurtje gepiept. “Onze ervaringen zijn heel goed. We hebben geen moment spijt gehad van onze keuze.”
De melkstal ziet er na twee jaar nog als nieuw uit. De melkveehouders zorgen er na iedere melkbeurt voor dat de put grondig wordt gereinigd. De melkstal is ruim opgezet en heeft een open karakter. De pulsators en printplaten hangen in de kelder, onder de melkstal. “Daar is het droog en stofvrij. Dat komt de levensduur ten goede”, aldus Lemlijn, die geen extra kosten maakte voor de kelder onder de melkstal.
“De stal is onderkelderd. Vanwege de centrale plek van de melkstal hoefden we geen aparte kelder te maken.” De vacuümpomp bevindt zich eveneens in de kelder. Het melken gebeurt daardoor vrijwel geruisloos. Tijdens het melken hebben vader en zoon Lemlijn zich weleens afgevraagd of alle systemen wel werkten.
De vloer van de melkstal is uitgerust met rubberen matten, zodat de koeien goed en schadevrij kunnen lopen. “Het rubber is vriendelijk voor de klauwen. De dieren moeten toch 90 graden draaien om tot de melkstand te komen”, legt Lemlijn uit. Ook aan de gezondheid van de melker is gedacht. De melkveehouders kozen voor een beweegbare putvloer, zodat iedere melker ergonomisch kan werken. De melkstellen worden in deze melkstal achterlangs aangehangen. Dat werkt plezierig, aldus Lemlijn. “We merken dat koeien minder makkelijk melkstellen aftrappen dan in een visgraatmelkstal. Dat is een groot voordeel.”
De melkveehouders kiezen er bewust voor om géén krachtvoer aan te bieden in de melkstal. “Daar worden ze alleen maar onrustig van”, aldus Lemlijn. De wachtruimte bevindt zich tussen de ligboxen. Een opdrijfhek zorgt ervoor dat de koeien toch goed de melkstal in komen. Na ieder rondje melken haalt Lemlijn het hekwerk van de melkstal omhoog. De koeien kunnen dan snel en gemakkelijk weglopen volgens het Quick-E principe. Er is zoveel ruimte dat er gemakkelijk twee koeien naast elkaar kunnen lopen.
De melkveehouders werken met stappentellers. De koeien worden automatisch herkend via de transponders aan hun poten. De verbeterede omstandigheden hebben in twee jaar tijd geleid tot een flinke productiestijging van ruim 1.200 kilo melk per koe. Guido Lemlijn denkt dat 10.000 liter per koe zeker haalbaar is.
Ervaring van Corné Oudshoorn te Zegveld
Op het biologische melkveebedrijf van Corné Oudshoorn in het Utrechtse Zegveld draaien sinds 18 december 2018 drie M2erlin melkrobots van Fullwood Packo. Het is een biologisch melkveebedrijf met 130 melk- en kalfkoeien en 60 stuks jongvee. Zij bewerken 105 hectare, waarvan ruim de helft natuurgrond is. De koeien van Oudshoorn produceren op jaarbasis 1,1 miljoen liter melk (4,24 % vet en 3,70 % eiwit). De melkveehouder zet het werk rond samen met zijn vrouw Belinda en zijn ouders Bas en Marry. "Mijn broertje helpt ook regelmatig mee", aldus Corné Oudshoorn.
Oudshoorn boert sinds een jaar of 10 op biologische wijze. Tot 18 december 2018 werden de dieren gemolken in een 16-stands draaimelkstal. Net voor de Kerstdagen nam de melkveehouder drie nieuwe M2erlin melkrobots in gebruik. "Ik wil de arbeid op het bedrijf zoveel mogelijk in mijn eentje kunnen rondzetten", aldus Oudshoorn. De melkrobots zorgen voor arbeidsverlichting en -flexibiliteit. "Onze koeien zijn in de loop der jaren steeds groter geworden. De maten van de draaimelkstal voldeden niet meer. Bovendien is melken nooit mijn grootste hobby geweest", aldus Oudshoorn.
De drie melkrobots zijn ingepast in de bestaande stal. Aanvankelijk was het de bedoeling om een nieuw staldeel te bouwen voor de melkrobots, zo vertelt Oudshoorn. "De vergunning lag al klaar. Toen de fosfaatperikelen om de hoek kwamen kijken, trapte de bank op de rem." De melkveehouder dacht er vervolgens serieus over na om de robots in een kassaopstelling te plaatsen. "Maar dan heb je twee schone ruimtes nodig. Dat stond mij tegen."
Op Facebook zag de melkveehouder een ligboxenstal met drie Fullwood Packo robots in een U-opstelling. Oudshoorn had daar ook wel oren naar. "Dat sprak me meteen aan. Je kan de robots in één oogopslag zien. De robots staan weliswaar compact opgesteld, de ruimte tussen de machines is gigantisch. Bovendien heb ik op deze manier maar één schone ruimte."
De robots zijn op het voerpad geplaatst. Dat ging ten koste van 30 vreetplekken. Oudshoorn wilde echter tot het laatste moment blijven melken in de draaimelkstal. "Dat was een belangrijk uitgangspunt bij de bouw", zo vertelt hij. De bouwtekeningen werden gemaakt door een neefje samen met een oom van Corné Oudshoorn. "Het is echt een familieproject geworden. Dat maakt het toch wel extra bijzonder", aldus de melkveehouder, die de robots aanschafte via een leaseconstructie met zijn bank. "Dat was financieel aantrekkelijk", zo zegt hij.
Met de komst van de drie M2erlins zijn er nu nog 90 vreetplekken in de stal. Oudshoorn investeerde in een voerschuif, om de koeien zo goed als mogelijk te laten vreten. De melkveehouder schafte ook een mestschuif aan en koos voor biobedding als boxbedekking. Hij is blij met de wijze waarop de drie robuuste M2erlins zijn ingepast. "Het ziet er strak en netjes uit. Als het 's avonds donker wordt dan doemt er een prachtige blauwe gloed op in de stal. Dat is een schitterend gezicht."
De M2erlins zijn ijzig stil. Oudshoorn vindt dat een groot pluspunt. De melkveehouder heeft veel vertrouwen in de servomotoren waar de robots op draaien. "Ik heb een achtergrond als installateur. De techniek is mij bekend. Vergeleken met pneumatische cilinder zijn deze motoren minder gevoelig voor slijtage." Zeker nu hij nog maar een paar maanden met de robots werkt, neemt hij meerdere keren per dag een kijkje bij de melktechniek. "Ik vind dat ook gewoon leuk", zo vertelt hij enthousiast.
De koeien krijgen in de robots krachtvoer gevoerd. Oudshoorn schrapte twee van de vier krachtvoerboxen in de stal en creëerde zo extra ligplaatsen. "Na het melken worden de koeien doorgevoerd. Daardoor blijven ze gemiddeld 10 tot 13 minuten in de box staan", aldus Oudshoorn. Met drie M2erlins in gebruik is dat volgens hem geen enkel probleem. Tijdens de omschakeling naar de melkrobots was er een kleine daling in productie, "Maar inmiddels melken we meer liters dan we voorheen deden", vertelt Oudshoorn.
De melk gaat via de drie M2erlins naar een buffertank. Voordat de melk naar de grote melktank gaat, wordt de melk voorgekoeld met bron- en ijswater. Vervolgens wordt de melk frequentiegestuurd naar de tank gepompt. "We kunnen de melk- en watersnelheid mooi op elkaar afstemmen en krijgen de melk lekker koel de tank in", aldus Oudshoorn. De melktank heeft een capaciteit van 15.500 liter.
Koeien die de robots aan de voor- en linkerzijde betreden, lopen achterlangs terug de stal in. "Dat werkt uitstekend. Ik kan alle koeien via de robots separeren. De koeien die de voorste robot betreden worden doorgesepareerd via de linkerrobot", vertelt Oudshoorn, die ziet dat het koeverkeer in de praktijk uitpakt zoals hij had verwacht en gehoopt.
In het voorjaar van 2019 gaan de koeien weer naar buiten. Oudshoorn is benieuwd hoe de combinatie tussen robotmelken en weidegang in de praktijk uitpakt. In eerste instantie laat hij de koeien via vrij koeverkeer naar buiten en naar binnen gaan. "Ik doe 's ochtends de deuren open en dan ga ik goed kijken wat er gebeurt. Met een huiskavel van 20 hectare en percelen die strak om de stal liggen hoeven de koeien nooit verder dan 700 meter te lopen om bij de robots te komen. Dat is een voordeel", aldus Oudshoorn.